Gister zijn door de staatssecretaris drie belangrijke besluiten genomen met verschillende gevolgen voor de uitvoering van het Rijksvaccinatieprogramma. Het betreft de vaccinatie tegen Meningokokkken ACWY (extra leeftijdsgroepen worden 2019 toegevoegd), de invoering van rotavirusvaccinatie bij risicogroepen en de vaccinatie van zwangeren tegen kinkhoest. Het RIVM gaat samen met alle betrokken organisaties bepalen op welke wijze deze vaccinaties het beste aangeboden kunnen worden.
Extra vaccinatiegroepen Meningokokken
Gisteravond liet staatssecretaris Paul Blokhuis (VWS) in een brief aan de Tweede Kamer weten dat er volgend jaar zo’n 650.000 jongeren extra opgeroepen worden voor de vaccinatie tegen meningokokken ACWY. Het gaat om jongeren die zijn geboren tussen 1 januari 2001 en 1 mei 2004. Reden voor deze maatregel is de stijging van het aantal mensen dat de infectie meningokokken type W oploopt. Het extra programma komt naast de al geplande meningokokkenvaccinatie dit najaar van kinderen die geboren zijn tussen 1 mei 2004 en 31 december 2004, en de voor in 2019 al geplande vaccinatie van het cohort geboren in 2005. De voorbereiding voor de geplande meningokokkenvaccinaties dit najaar is al in volle gang. Zodra bekend is wanneer de vaccins voor de extra groep beschikbaar zijn, zal hiervoor ook een campagne worden gepland (naar verwachting in de loop van 2019).
Rotavirusvaccinatie
Binnenkort zal een vaccinatie tegen het rotavirus worden toegevoegd aan het Rijksvaccinatieprogramma, alleen bij jonge kinderen die lichamelijk extra kwetsbaar zijn. Het gaat dan bijvoorbeeld om kinderen die te vroeg zijn geboren, een laag gewicht hebben bij geboorte of een aangeboren afwijking hebben. Zij krijgen deze vaccinatie via druppels in de mond aangeboden zodra ze zes weken oud zijn. Hiervoor is een nauwe samenwerking tussen JGZ en kinderartsen noodzakelijk. Het is de bedoeling dat de eerste kinderen komend jaar worden ingeënt. Staatssecretaris Blokhuis zal na twee jaar kijken of het zinvol is om de vaccinatie aan alle kinderen aan te bieden.
Maternale kinkhoestvaccinatie
Ook is nu een besluit genomen over de uitvoering van de vaccinatie bij zwangeren tegen kinkhoest. De staatssectretaris heeft de jeugdgezondheidszorg (JGZ) aangewezen als uitvoerende partij van het programma. De JGZ zal vanuit het Rijksvaccinatieprogramma de vaccinatie toedienen aan de zwangere vrouw, zodat de zuigeling vanaf geboorte beschermd is tegen kinkhoest. Een nauwe lokale samenwerking met verloskundigen, gynaecologen en verloskundig actieve huisartsen zal moeten worden opgezet. De betrokken partijen streven ernaar om in 2019 te beginnen met het aanbieden van deze vaccinatie aan alle zwangere vrouwen.
Zwangeren zijn in het kader van het RVP een nieuwe doelgroep. Ook bij deze vaccinatie is het de bedoeling dat er in 2019 mee gestart wordt.
Lees meer in het persbericht en de brieven die Blokhuis vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
|